Oromo in het kort
Het Oromo behoort tot de Koesjitische tak van de Afro-Aziatische taalfamilie en is een van de grootste talen van Afrika na het Arabisch, Hausa en Swahili (MustGo Travel Agency, 2021). Er zijn meer dan 37 miljoen sprekers van het Oromo. De taal wordt gesproken door het Oromo-volk, een prominente etnische groep in Ethiopië, maar strekt zich ook uit tot de noordelijke delen van Kenia (University of Cambridge Language Centre Resources - Oromo, z.d.), Somalië en in de naburige etnische groepen in de Hoorn van Afrika. Doordat de taal in veel verschillende gebieden wordt gesproken zijn er veel dialecten van het Oromo. Om er een paar te noemen: Tulama, Arsi, Gujji en Raya in Ethiopië, en Wellegga, Borana Orma, Munyo en Waata in Kenya. Andere variaties zijn ook Pan-Oromo, Afaan-Oromo en Harar-Oromo. De dialectverschillen zijn niet groot, zodat onderlinge begrijpelijkheid tussen regionale dialecten geen probleem vormt (Ali & Zaborski, 1990). Kaart 1: gebieden waar Oromo wordt gesproken (wikipedia.org) Het schrift Oromo wordt geschreven met het Latijnse alfabet, Qubee, dat in 1991 is aangenomen. De overgang naar het Qubee zorgde voor een toename van geschreven werken in de Oromo-taal. Oorspronkelijk werd het Oromo geschreven in het Sapalo-schrift ontworpen door Sheikh Bakri Sapalo (1895-1980). Het Sapalo-schrift (plaatje hieronder) was een inheems Oromisch schrift en bleef ondanks de invloeden van Ge’ez (het Ethiopisch schrift) en het Arabisch schrift een zelfstandige creatie die specifiek is afgestemd op de klankleer van het Oromo. Verder gebruikt men in de Keniaanse dialecten Borona en Waata ook Latijnse letters, maar met een aangepast systeem. De islamitische bevolking maakt ook gebruik van het Arabische schrift voor Oromo (Oromo Language, alphabet and Pronunciation, z.d.). Afbeelding 1: Sapalo schrift (wikipedia.org)
|