Transferfouten
Onderstaande problemen kunnen zich voordoen als gevolg van negatieve transfer van het Sranan Tongo naar het Nederlands. Deze problemen hoeven zeker geen aanwijzing voor een taalontwikkelingsstoornis te zijn.
Morfologie In het Sranan worden werkwoorden niet vervoegd. Daarom kunnen NT2-leerders met het Sranan als eerste taal moeite hebben met het vervoegen van de werkwoorden naar tijd en persoon in het Nederlands. In het Sranan bestaan er geen verkleinwoorden. Een verkleining wordt aangegeven met behulp van een extra woord. Het is dus te verwachten dat NT2-leerders moeite hebben met het juist vormen van een verkleinwoord. In het Sranan is er geen verschil in geslacht bij de derde persoon enkelvoud. A kan zowel hij als zij betekenen. Daarom zouden Sranan-sprekers moeite kunnen hebben met het goed verwijzen naar personen in de derde persoon enkelvoud. Zelfs als uit de context blijkt om welk geslacht het gaat. Het Sranan kent geen verschil tussen de-woorden en het-woorden. Dit kan er voor zorgen dat Sranan-sprekers moeite hebben met het gebruiken van het juiste lidwoord in het Nederlands. Bovendien kunnen lidwoorden in het Sranan soms ook weggelaten worden, wat er toe kan leiden dat Sranan-sprekers in het Nederlands ook lidwoorden weg gaan laten op plekken waar dit niet kan. Syntaxis Het aanwijzend voornaamwoord komt in het Sranan achter het zelfstandig naamwoord. Sranan-sprekers kunnen in het Nederlands dus moeite hebben met het juist plaatsen van het aanwijzend voornaamwoord. In het Sranan wordt het verschil in tussen vragende en bevestigende zinnen alleen gevormd voor door het verschil in intonatie. De woordvolgorde verandert niet. Daarom kunnen Sranan-sprekers mogelijk moeite hebben met de woordvolgorde in vragende zinnen in het Nederlands (inversie). Het Sranan is een SOV-taal in tegenstelling tot het Nederlands dat een SVO-taal is. Het valt dus te verwachten dat NT2-leerders moeite hebben met de woordvolgorde in het Nederlands. Pragmatiek In tegenstelling tot in het Sranan wordt er in het Nederlands al snel getutoyeerd, ongeacht leeftijdsverschil.Voor Surinaamse leerkrachten die dit niet gewend zijn, is het op zijn minst onwennig om met je en jou aangesproken te worden. Sommige leerlingen die in Suriname altijd ‘u’ gebruikten om hun leerkracht aan te spreken zullen niet al te makkelijk plotseling de juf of meester bij de voornaam roepen of tutoyeren. |