Transferfouten
Somalisch-Nederlandse kinderen kunnen in het Nederlands een aantal fouten vertonen, die niet direct toe te schrijven zijn aan een taalontwikkelingsstoornis. Deze fouten worden veroorzaakt door een negatieve transfer vanuit het Somalisch naar het Nederlands.
Op het gebied van fonologie kunnen zich onder andere de volgende problemen voordoen als gevolg van transfer. Ten eerste komen er in het Somalisch bijna geen medeklinkerclusters voor. Het is dan ook waarschijnlijk dat Somalische leerders van het Nederlands moeite zullen hebben met de medeklinkerclusters in het Nederlands. Daarnaast zijn er ook een aantal klanken in het Nederlands die in het Somalisch niet voorkomen. De verwachting is dan ook dat Somalisch-Nederlandse kinderen meer tijd nodig hebben bij het verwerven van deze klanken. Het gaat hierbij om de volgende klanken: /y/, /ʏ/, /ə/ ,/p/, /z/ en /ʋ/. Ten slotte kent het Somalisch een glottal stop (glottislag), die in het Nederlands heel weinig voorkomt. Het kan dus voorkomen dat Somalisch-Nederlandse kinderen een glottal stop aan het begin van een woord gebruiken, omdat veel Somalische woorden hiermee beginnen. Ook op het gebied van morfologie kunnen zich een aantal problemen voordoen als gevolg van transfer. Zo kent het Somalisch bijvoorbeeld geen onbepaalde lidwoorden. Onbepaaldheid wordt in het Somalisch uitgerukt door weglating van het suffix voor bepaaldheid. Het ligt in de lijn der verwachting dat Somalische kinderen het onbepaalde lidwoord 'een' in het Nederlands zullen weglaten. Daarnaast kent het Nederlands veel meer verschillende vormen van voorzetsels dan het Somalisch, bovendien verschilt de plaatsing van de voorzetsels in de twee talen. De verwachting is dat Somalische NT2-leerder meer moeite hiermee zullen hebben dan eentalige Nederlanders. Ten slotte kunnen zich ook op het gebied van syntaxis problemen voordoen die het gevolg zijn van transfer uit het Somalisch. Zo kent het Somalisch een vrije woordvolgorde en dit kan leiden tot problemen met de relatief vaste woordvolgorde in het Nederlands. Bijzinnen kunnen in het Somalisch slechts in één zinstype worden geproduceerd, namelijk volgens de declaratieve wijze. Het Somalisch kent dus geen indirecte vraagzinnen. De verwachting is dat Somalische kinderen dit oplossen door (negatieve) transfer vanuit het Somalisch. |