TOS in het Engels
Kinderen met een TOS laten vaak omissie zien van verplichte grammaticale morfemen. In het Engels is hier veel onderzoek naar gedaan. Hieronder volgt een opsomming van kenmerken die vaak voorkomen bij kinderen met een TOS. Deze voorbeelden komen uit Clahsen e.a. (1997), Gopnik (1990), Gopnik e.a. (1991), Lely e.a. (2003) en Wexler e.a. (1998).
Het meervoudsmorfeem –s bij naamwoorden wordt vaak weggelaten, zoals in: They put present under the Christmas trees. Het komt ook voor dat het meervoudsmorfeem –s wordt gebruikt terwijl de context een zelfstandig naamwoord in het enkelvoud vereist, zoals in: You got a tape recorders. Er worden bij persoonlijk voornaamwoorden fouten gemaakt in getal. Deze worden verkeerd gebruikt in enkelvouds- en meervoudscontext. Een voorbeeld hiervan is dat de persoonlijk voornaamwoorden ‘he’ en ‘they’ worden gebruikt om naar dezelfde persoon te verwijzen, zoals in: Jimmy starting eat his breakfast. He don't like it. Now they drop the bowl on the floor. Ook kan ‘he’ worden gebruikt om naar meerdere personen te verwijzen, zoals in: The king and the queen they look at the tree and say, "Who did that?" Hedon't know so he look at the other side of the tree. In plaats van vrouwelijke persoonlijk voornaamwoorden worden vaak mannelijke persoonlijk voornaamwoorden geproduceerd, of worden eigennamen gebruikt. Een voorbeeld hiervan is: The Red Riding Hood arrive at his grandma's house. Ook vindt er omissie plaats van persoonlijk voornaamwoorden, zoals in: When they play get points. In contexten waar een nominatief persoonlijk voornaamwoord vereist is (he, she), wordt door kinderen met een TOS vaak een non-nominatief persoonlijk voornaamwoord gebruikt (him, his, her). Voorbeelden hiervan zijn:
Er vindt vaak omissie plaats van lidwoorden en ook worden lidwoorden gebruikt bij eigennamen, zoals bij: The Marie-Louise look at the bird. Ook vindt er vaak omissie plaats van het derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijdsmorfeem –s bij werkwoorden. Een voorbeeld hiervan is: He look at the other side of the tree. Er worden daarnaast fouten gemaakt in agreement bij (hulp)werkwoorden. Voorbeelden hiervan zijn:
Er vindt vaak omissie plaats van het regelmatige verledentijdsmorfeem –ed. De verleden tijd wordt in plaats van met het morfeem –ed vaak lexicaal aangeduid, zoals in: Last time we arrive. Er kunnen ook fouten in aspect verwacht worden. Dit wordt in het Engels aangegeven met be + werkwoord + ing. Bij kinderen met een TOS worden drie verschillende vormen door elkaar gebruikt:
Kinderen met een TOS hebben moeite met zinnen met syntactische verplaatsing en hierdoor met het vormen van vraagzinnen. Hierin wordt het hulpwerkwoord vaak niet vooraan de zin geplaatst. Een voorbeeld hiervan is: What Mrs. Brown place in the library? In plaats van: What did Mrs. Brown place in the library? Een ander voorbeeld is: Which one did Mrs. White wore a hat? In plaats van: Which hat did Mrs. White wear? In deze zin blijft de oorspronkelijke zin Mrs. White wore a hat behouden en wordt alleen een vraagwoord vooraan de zin geplaatst. |