Syntaxis
Woordvolgorde Het Hongaars is een zogenaamde 'SOV-taal‘ waarbij het subject gevolgd wordt door het object en vervolgens het werkwoord. Het Hongaars heeft in principe een vrije woordvolgorde. Dit betekent dat er veel verschillende woordvolgordes mogelijk zijn, maar deze betekenen niet exact hetzelfde. Er zijn kleine betekenisverschillen, die in het Nederlands vaak met een verschil in klemtoon worden aangegeven.
Voorbeeld 16. Betekenisverschillen bij andere woordvolgorde El-aludt Sára of Sára el-aludt. Weg-sliep Sára ‘ Sára viel in slaap’. Sára aludt el. Sára sliep weg. ‘Het was Sára die in slaap viel’. Het element dat de focus krijgt, wordt direct voor het werkwoord geplaatst (o.a. Babarczy, 2006). En het voorzetsel staat in dit geval achter het werkwoord. Sommige elementen staan altijd voor het werkwoord. Bijvoorbeeld het vraagwoord en de negatie. De plaats van de negatie in het Hongaars kan voor transferfouten zorgen. Zinnen als ‘Niet kom ik’ kunnen in de uitingen van een Hongaarse spreker van het Nederlands voorkomen. Voorbeeld 17. Woordvolgorde bij negatie Nem ugrottak be a víz-be. Niet springen zij in het water. ‘Zij sprongen niet in het water (maar bleven op de boot).’ Voor de volgorde van woorden/suffixen binnen een constituent bestaan vaste regels. Kinderen met een normale taalontwikkeling maken maar weinig fouten met deze volgorde (MacWhinney; 1976). Relatieve bijzinnen In het Nederlands moet je uit de woordvolgorde opmaken om wat voor soort bijzin het gaat en of de bijzin betrekking heeft op het subject of het object: Het woord ‘die’ uit het onderstaande voorbeeld is een ambigue woord. Je kunt niet aan het woord zelf zien of het bij ‘de hond’ hoort of bij ‘de geit’. Voorbeeld 18. Relatieve bijzin Nederlands De hond die over de geit springt, blaft hard. Deze bijzin heeft betrekking op het subject en drukt een actie van het subject uit. In het Hongaars zijn er relatief persoonlijk voornaamwoorden die deze relatie wel uitdrukken (Kas&Lukacs, 2012). Deze voornaamwoorden kunnen bovendien nog voor een naamval gemarkeerd worden. De woordvolgorde is dus minder belangrijk om de betekenis van de zin te begrijpen. Dit betekent dat Hongaarse sprekers moeite zullen hebben de betekenis van de Nederlandse bijzinnen te begrijpen, zonder de informatie uit een relatief persoonlijk voornaamwoord. Voorbeeld 19. Relatieve bijzin Hongaars Het meisje dat ik zag A lány aki-t (REL-ACC) láttam |