Syntaxis
De woordvolgorde is subject – object -verb (SOV). Vraagzinnen worden in het Amhaars gevormd door het gebruik van een vragend voornaamwoord. Dit voornaamwoord staat niet zoals in het Nederlands aan het begin van de zin, maar na het onderwerp van de zin, zoals te zien is in de volgende zin: "bet-u yä-yät-u wändemm-eh näw?" (Van welk van je broers is het huis? Letterlijk: Het huis van welk van je broers het is?).
|