Slotopmerking & Literatuur
Fonologie
De meeste vocalen en diftongen zijn ongeveer vergelijkbaar met de Nederlandse vocalen en diftongen. In het IJslands kent men de ‘stomme /e/’ niet. Ook de [a], [o] klinken in het Nederlands anders dan in het IJslands. In het IJslands kent men de diftong [œy] niet. Deze klank zal het meeste problemen geven bij meertalige IJslandse kinderen die emigreren naar Nederland. Indien er een vergelijking tussen IJslandse en Nederlandse consonanten wordt gemaakt zijn er meerdere verschillen in beide klanksystemen. In het IJslands kent men de volgende klanken niet [b,d,g, ʃ, ʒ, ʋ, z] die in het Nederlands wel worden gebruikt. Dit heeft in sommige gevallen een logische verklaring, omdat de klanken [ʃ, ʒ] in Nederland ook in leenwoorden worden gebruikt zoals in het woord <douche> en <horloge>. In het IJslands is het gebruikelijk om leenwoorden zo goed mogelijk te vertalen naar de eigen taal. Een tweetalig kind zal met name moeite hebben om de klanken [b,d,g, ʃ, ʒ, ʋ, z] te verwerven, omdat deze in het IJslands niet voorkomen. De plosieven hebben een andere klank-teken koppeling in het IJslands vergeleken met het Nederlands. De letter <b> wordt uitgesproken als een [p] en de letter <d> wordt in het IJslands als een [t] uitgesproken. Indien een Nederlands kind naar IJsland emigreert, zal het kind daar met name moeite hebben met het uitspreken van geaspireerde consonanten en met stemloze consonanten die in het Nederlands ongeaspireerd en stemhebbend worden uitgesproken. Morfologie Voor een kind dat emigreert naar IJsland zullen de meeste problemen ontstaan in de morfologie, omdat het IJslands een zeer uitgebreid en complex systeem bevat voor naamwoorden en werkwoorden met vier naamvallen. Een kind dat emigreert naar Nederland zal waarschijnlijk ook moeite hebben met bepaalde aspecten, omdat lidwoorden en het geslacht worden samengevoegd met een suffix in het IJslands. Syntaxis De woordvolgorde in het IJslands is behoorlijk vrij. Zeker bij hoofdzinnen is dit het geval. Dit zal veel problemen geven bij tweetalige kinderen in het IJslands. In het Nederlands heeft de zinsbouw een meer gebonden en vaste structuur dan in het IJslands. Voor Nederlandse kinderen die naar IJsland emigreren zal het lastig zijn om logica te zien in de IJslandse zinsbouw. Pragmatiek Er zijn helaas geen specifieke artikelen omtrent pragmatische vaardigheden in het IJslands gevonden. Lexicon In tegenstelling tot het Nederlands en andere Scandinavische talen, is de woordenschat in het IJslands weinig veranderd. Men tracht er zo veel mogelijk leenwoorden naar de eigen taal te vertalen. De laatste jaren is er langzaam een toename in het gebruik van leenwoorden in het IJslands (Jacobsen, 2001: 41; Thordardottir & Juliusdottir, 2012: 415). In het Nederlands nemen we vaker het leenwoord letterlijk uit de andere taal over. Voor een bilinguaal kind uit IJsland kan het hierdoor soms lastig zijn om bepaalde Nederlandse leenwoorden te vertalen naar het IJslands en vice versa. Verwervingsfases spraak en taal IJslands Kinderen in IJsland starten vroeger met hun morfologische ontwikkeling, omdat morfologie een belangrijke speelt in de IJslandse taal. Vanwege de complexiteit duurt de verwerving van morfologische vaardigheden 1 tot 2 jaar langer in vergelijking met Nederlandse kinderen. Zowel in Nederland als in IJsland is er een periode van overregularisatie. Kinderen in IJsland laten rond 4 jaar een vertraging zien in hun ontwikkeling als het gaat om het vervoegen van sterke werkwoorden. Rond zesjarige leeftijd is deze achterstand bij een normale ontwikkeling weer ingehaald. Tweede taalverwerving in het IJslands Kinderen die emigreren naar IJsland en IJslands als tweede taal leren, zullen veel problemen ervaren met het complexe inflectiesysteem in IJsland. (Thordardottir & Juliusdottir, 2012: 411-412). Uit het onderzoek van Thordardottir en Juliusdottir (2012: 416-432) blijkt dat kinderen die IJsland als tweede taal leren in het begin een achterstand vertonen en deze bij de meeste kinderen aan bleef houden na 2 tot 3 jaar onderwijs in het IJslands. Kinderen die op jongere leeftijd emigreren naar IJsland vertonen een minder grote achterstand dan kinderen die op latere leeftijd naar IJsland emigreren. Specifieke taalstoornis IJslands Het is nog onduidelijk hoe veel kinderen in IJsland een specifieke taalstoornis (STOS) hebben. Kinderen met STOS hebben meestal moeite met het suffix dat afhankelijk is van het geslacht van het naamwoord en wordt samengevoegd met het naamwoord. Tevens blijkt dat het herhalen van nonsenswoorden lastig is voor kinderen met STOS en als kenmerk voor STOS wordt gezien in IJsland. Kinderen met STOS hebben een kortere MLU dan kinderen met een normale taalontwikkeling. Om meer inzicht te krijgen in de prevalentie van STOS in IJsland, specifieke kenmerken van kinderen met STOS in het IJslands en een passende behandeling van de problemen die kinderen ervaren, zal meer onderzoek noodzakelijk zijn. Literatuurverwijzingen Boeken en wetenschappelijke tijdschriften Árnason, K. (2011). The phonology of Icelandic and Faroese. Oxford: Oxford University Press. Hyams, N., & Sigurjónsdóttir, S. (1990). The development of “long-distance anaphora”. A cross-linguististic compararison with special reference to Icelandic. Language Acquisition, 1, 57-93. Jacobsen, J., í Lon. (2001). Føroyskt – Faroese. Sprogforum, 19, 39-45. Karlsson, S. (2004). The Icelandic language. Londen: Viking society for Northern Research. Maling, J. (1980). Inversion in embedded clauses in Modern Icelandic. Syntaxis and Semantics, 24, 71-91. Ministry of Education, Science and Culture. (2002). The educational system in Iceland. Reykjavik: Ministery of Education, Science and Culture. Ragnarsdóttir,H., Somonsen, H.G. & Plunkett, K. (1999). The acquisition of past tense morphology in Icelandicand Norwegian children: an experimental study. Journal of Child Language,26, 609-612. Rögnavaldsson, E. (1982). We need (some kind of) a rule of conjunction reduction. Syntaxis and Semantics, 24, 349-353. Thordardottir, E.T. (2008). Language-specific effects of task demands on the manifestation of specific language impairment: a comparison of English and Icelandic. Journal of Speech, Language, and Hearing Research, 51, 922-937. Thordardottir, E.T. & Evans, J.L. (2002). Continuity in lexical and morphological development in Icelandic and English-speaking 2-year-olds. First Language, 22, 3-28. Thordardottir, E.T. & Juliusdottir, A.G. (2012). Icelandic as a second language: a longitudinal study of language knowledge and processing by school-age children. International Journal of Bilingual Education and Bilingualism Language, 16, 411-435. Thráinsson, H. (1994). Icelandic. In E. König & J. van der Auwera (red.), The Germanic Languages (pp. 142-190). Londen: Routledge. Thráinsson, H. (2007). The syntaxis of Icelandic. Cambridge syntaxis guides. Cambridge: Cambridge University Press. Zwart, J-W. (2011). The Syntax of Dutch. Cambridge syntaxis guide. Cambridge: Cambridge University Press. |