Klanken Er zijn vier Russische klinkers die niet in het Nederlands voorkomen: [ɵ], [ɐ], [ɨ] en [u]. De Nederlandse klinkers [a:], [e:] en [o:] komen ook in het Russisch voor, maar worden daar minder lang uitgesproken. Nederlandse klinkers die niet in het Russisch voorkomen zijn: [ᴐ], [Y], [y], [Ø], [ԑi] en [œy] (zie ipachart.com voor uitspraak van deze klinkers). Het Russisch kent de [ŋ], [ʋ] en [ɣ] niet en in het Nederlands kunnen de [ʦ] en [ʃ] niet met één letter weergegeven worden en zijn er geen retroflexen (klanken waarbij de tong naar achteren naar het verhemelte wordt gebogen): [ʂ], [ʐ] en [ʨ]. De meeste medeklinkers kunnen palataal (met de tong naar het harde verhemelte) en normaal uitgesproken worden. De manier van uitspraak zorgt voor een betekenisverschil. Soms wordt dit in het schrift ook aangegeven. Wanneer een woord vervoegd wordt, kan de plaats van de klemtoon in het Russisch veranderen. In het Russisch wordt een woord opgebouwd rondom één beklemtoonde klinker, die langer is dan de onbeklemtoonde klinkers. Elk woord krijgt op deze manier één beklemtoonde lettergreep. Hoe verder een klinker van de beklemtoonde lettergreep afstaat, hoe korter hij wordt uitgesproken.
Grammatica Het Russisch kent zes naamvallen: nominatief, genitief, datief, accusatief, instrumenteel en prepositioneel. Elke naamval heeft een andere uitgang, die altijd achter het zelfstandig naamwoord (en achter sommige voorzetsels) komt. Bijvoorbeeld:
книга: boek - nominatief книгу: boek - datief
Het Russisch heeft vier verschillende uitgangen om meervoud te markeren: –ы, -и, -a, –я, afhankelijk van de letter waarop het enkelvoudige woord eindigt. Ook geslacht wordt uitgedrukt in (meestal) vaste uitgangen: стол: tafel (m) страна: land (v) окно: raam (o)
Het Russisch kent geen lidwoorden. Het Russisch kent zowel de optie twee zinnen aan elkaar te linken met een voegwoord, zoals in het Nederlands, als de optie zonder voegwoord. Je krijgt dan zinnen als "Er is een man, hebbende verloren de hoop." In het Russisch kennen werkwoorden aspect: een classificatie van werkwoorden waarmee uitgedrukt wordt op welke manier er naar een situatie of gebeurtenis gekeken wordt. Meer informatie hierover is te vinden in de algemene pagina van het Russisch onder ‘Morfologie’. Russisch is een pro-drop taal: persoonlijk voornaamwoorden kunnen weggelaten worden omdat de informatie van persoon, geslacht en getal al in de werkwoordsvervoeging zit. In een ontkennende zin staat de negatie altijd voor het woord waar het om gaat. Dubbele ontkenning is mogelijk.
Omgangsvormen In West-Europese talen, zoals het Nederlands, is het gebruikelijk om verzoeken te formuleren met een conventionele indirectheid, waardoor het dwingende aspect weggenomen wordt. Bijvoorbeeld: ‘zou je me even de krant kunnen aangeven’ wordt geprefereerd boven ‘geef me de krant’. In het Russisch wordt er daarentegen veel meer gebruik gemaakt van directe verzoeken. De gebiedende wijs is dan ook de meest gebruikte vorm bij verzoeken. De vragende functies, zoals in het Nederlands veel voorkomen, worden door Russen gezien als hyperbeleefd en worden vrijwel niet gebruikt. Wel wordt er gebruik gemaakt van andere manieren om de directheid te verzachten, bijvoorbeeld door het invoegen van een ontkenning.
Voor de beleefdheidsvorm maakt het Russisch gebruik van de tweede persoon meervoud:
Net zoals in het Nederlands, worden volwassenen aangesproken met de beleefdheidsvorm en leeftijdgenoten niet. Het dus is belangrijk om te begrijpen dat de Russische bevolking andere beleefdheidsnormen heeft dan Nederlanders.
Taalverwerving door kinderen Helaas is er voor het Russisch weinig bekend over de taalontwikkelingsnormen. Wel is duidelijk dat Russische kinderen in de eerste twee jaar van hun leven alle klinkers ontwikkelen. In de meeste gevallen eerst de /a/ en /e/, daarna /i/, /o/ en /u/ en tot slot de /ɨ/. Daarna leren ze de medeklinkers. In de beginfases van de taalontwikkeling maakt een kind nog weinig gebruik van markeringen die getal en tijd aangeven (bijvoorbeeld fietsten). Vanaf ongeveer 2-2;6 leeftijd gaat het kind dit steeds meer gebruiken. Dit is op dezelfde leeftijd als dat Nederlandse kinderen, het verschil is dat er voor het Russisch hier ook naamval bij komt. Grofweg wordt dat in onderstaand volgorde geleerd: Nominatief > Accusatief/Genitief > Datief/Locatief > Instrumenteel Daarnaast is er een bepaalde hiërarchie bij de ontwikkeling van werkwoordsvormen: infinitief > tegenwoordige tijd > toekomende tijd. Voor de morfologische ontwikkeling geldt dat de ontwikkeling na de leeftijd van vier jaar nog lang doorgaat, namelijk tot ongeveer 8 jaar. Dit is te wijten aan het zeer rijke taalsysteem van het Russisch en aan de betekenisdragende intonatie. De ontwikkeling van zinnen vormen bij Russische kinderen komt sterk overeen met de ontwikkeling van Nederlandse kinderen.
Taalstoornis of niet? Helaas is er tot op heden zeer weinig onderzoek gedaan naar TOS in het Russisch of is deze volledig in het Russisch beschreven. Wel is bekend dat verschillende aspecten van de productie van bijvoeglijke naamwoorden zijn aangetast door TOS en dat met name de structuren van zinnen afwijkend zijn. Typerend zijn congruentiefouten, waarbij het bijvoeglijk naamwoord overeen moet komen met het zelfstandig naamwoord. Met name geslacht komt vaak niet correct overeen. Ook typerend is clusterreductie: het weglaten van één of meerdere medeklinkers wanneer meerdere medeklinkers achter elkaar voorkomen (bijvoorbeeld: herst in plaats van herfst). Bij kinderen ouder dan 6 kan dit een aanwijzing voor TOS zijn.
Voor meer uitgebreide informatie over het Russisch verwijzen we naar de eigen pagina van deze taal. Die is te vinden onder "Overzicht talen". Ook is daar de bronnenlijst te vinden.