Pragmatiek
In vergelijking tot moeders van Zweedse en Amerikaanse baby’s, gebruiken Estse moeders meer imperatieven en proberen ze het gedrag van een baby, maar ook in de jaren daarna, te controleren. Daarnaast vroegen ze hun baby’s minder vaak om deel te nemen aan gesprekken. Hierdoor wordt verwacht dat Estse kinderen minder praten dan Zweedse of Amerikaanse kinderen, zelf in hun tienerjaren. Ze zullen niet zo snel hun persoonlijke behoeftes en meningen talig weergeven. Wat beleefdheid betreft, geven Estse moeders vooral direct commentaar, in plaats van indirect. Dit wordt in het Nederlands als onbeleefd gezien. Ook komt het zeggen van ‘alsjeblieft’ en ‘dankjewel’ pas op een latere leeftijd in de taal van het kind. Een bekend vooroordeel is dan ook dat Estland behoort tot de ‘stille Scandinavische en Noord-Europese regio’, waar de mensen bekend staan om weinig te zeggen en alleen te praten als het echt nodig is. Weinig praten zou in Nederland gezien kunnen worden als kenmerk van het nog niet goed genoeg beheersen van de taal. Dit hoeft dus echter niet zo te zijn en een kind dat Nederlands leert, kan ook weinig zeggen doordat het in de moedertaal ook niet gewend is om veel te zeggen.
|