Morfologie
Het Hebreeuws in een geïnflecteerde taal. Dit betekent dat de inflectie van werkwoorden, bijvoeglijk naamwoorden, voorzetsels en bijwoorden afhankelijk is van de structuur van de zinnen. Naamwoorden zijn geïnflecteerd voor getal en geslacht, bezittelijke inflectie is niet altijd verplicht.
Lidwoorden Het Hebreeuws kent alleen een bepaald lidwoord. Er is één lidwoord voor zowel mannelijke als vrouwelijke woorden (vrouwelijke woorden eindigen vaak op –ah, -et, -at), namelijk het lidwoord: ha. Onzijdige woorden komen in het Hebreeuws niet voor. In het Hebreeuws hoeft er niet altijd een lidwoord voor een zelfstandig naamwoord te staan. Wanneer dit het geval is, zoals bij het woord huis (bayit) wordt dit vertaald met ‘een’. In dit voorbeeld kan bayit dus ook vertaald worden als ‘een huis’. Enkelvoud en meervoud Het Hebreeuws kent naast het enkelvoud en meervoud nog een vorm, de dualis. Deze vorm geeft een tweevoud aan. Het meervoud wordt in het Hebreeuws vaak gevormd door –iem of –ot achter het enkelvoud te plakken. Dit gaat soms gepaard met een verandering in de stam van het woord. Enkele voorbeelden zijn:
Regel voor het meervoud: een lange vocaal in de eerste lettergreep van een woord met twee lettergrepen wordt verkort tot een sjwa (geeft aan dat er geen vocaal bij een consonant hoort). Wanneer de vocaal al kort is, verandert er niets. Bijvoeglijk naamwoord Het bijvoeglijk naamwoord kan in het Hebreeuws op twee manieren geplaatst worden, attributief en predicatief. In het Hebreeuws staat het attributief gebruikte bijvoeglijk naamwoord achter het zelfstandig naamwoord. Dit is in het Nederlands net andersom. Het bijvoeglijk naamwoord neemt de kenmerken geslacht, getal en bepaaldheid over van het zelfstandig naamwoord. Wanneer het zelfstandig naamwoord mannelijk is, krijgt het bijvoeglijk naamwoord een mannelijke vervoeging. Wanneer het zelfstandig naamwoord een meervoudsvorm is, dan neemt het bijvoeglijk naamwoord ook de meervoudsvorm aan. Wanneer het zelfstandig naamwoord een lidwoord heeft, dan heeft het bijvoeglijk naamwoord dat ook. Enkele voorbeelden:
Wanneer het bijvoeglijk naamwoord predicatief gebruikt wordt ontbreekt het lidwoord van het bijvoeglijk naamwoord. Het bijvoeglijk naamwoord kan nu voor of achter het bijbehorende zelfstandig naamwoord geplaatst worden. Enkele voorbeelden:
Wanneer een zelfstandig naamwoordgroep uit een mannelijk en een vrouwelijk woord bestaat, wordt de groep als mannelijk vervoegd. Daarnaast hebben alle zelfstandig naamwoorden die personen aanduiden, dan is er zowel een mannelijke als een vrouwelijk vorm van dat woord. Aanwijzend voornaamwoorden congrueren met het bijbehorende zelfstandig naamwoord in geslacht en getal. Werkwoorden De Hebreeuwse werkwoordsmorfologie gaat uit van een aantal binyanim, zeven in totaal. Elke binyan geeft een aspect van de stam weer. Een binyanim geeft de structuur van consonanten aan. Er zijn verschillende prefixen die een binyan aanduiden. Voor de stam c-t-v (waarbij de betekenis van deze stam “iets” met schrijven te maken heeft), bestaan de volgende vormen: Tabel 2: zeven Hebreeuwse binyanim
Een werkwoord dat in de tegenwoordige tijd staat, kan onderscheid aangeven tussen meervoud en enkelvoud, maar niet tussen persoon. In de toekomende en verleden tijd is dit wel mogelijk. De verleden tijd onderscheidt zich daarnaast door middel van een suffix van de tegenwoordige tijd. Wanneer een werkwoord in de verleden tijd staat en een eerste of tweede persoon aanduidt, kan het persoonlijk voornaamwoord in een formele situatie weggelaten worden. De verschillende werkwoordstijden hebben meer dan één betekenis. Met de verleden tijd kan aangegeven worden dat iemand ‘opstond’, ‘aan het opstaan was’, ‘is opgestaan’ en ‘was opgestaan’. In de tegenwoordige tijd kan eenzelfde werkwoordsvervoeging aangeven dat iemand ‘opstaat’ of ‘aan het opstaan is’. In de toekomende tijd kan het werkwoord een voorspelling of een verzoek (indien 2e persoon) aangeven. Voorzetsels Het Hebreeuws maakt voornamelijk gebruik van drie voorzetsels, deze drie voorzetsels komen in het onderstaande voorbeeld aan bod:
|