Indonesisch in het kort
Afbeelding 1. Foto van Indonesisch landschap gemaakt door Cissy Goddijn, 2012
Het Indonesisch (Bahasa Indonesia) is de nationale en officiële taal van Indonesië. Het wordt wereldwijd door 170 miljoen mensen gesproken, voornamelijk op de Indonesische eilanden, in Nederland, Oost-Timor, Filipijnen, en Singapore. Op de Indonesische eilanden worden meer dan 700 talen gesproken [1] grotendeels ontstaan door natuurlijke grenzen (bossen, bergen, zee). Voor de meeste sprekers van het Indonesisch is de taal dan ook niet de moedertaal, maar fungeert het als lingua franca (een contacttaal). Voor het merendeel van de Indonesische bevolking is het Indonesisch de tweede of zelfs derde taal. Slechts ongeveer 7 % van de bevolking (meestal de intellectuele elite) heeft het Indonesisch als moedertaal geleerd [2]. Als nationale eenheidstaal wordt het Standaard Indonesisch ook voor formele settingen, officiële communicatie en in de media gebruikt [3]. Gezien de grote verscheidenheid in moedertalen bestaat er zeer veel taalvariatie in het Indonesisch. Vanwege bovenstaand gegeven kan men bij het analyseren van de taal van een Indonesisch kind niet zomaar uitgaan van het Standaard Indonesisch, eerder dient de informatie op deze pagina gebruikt te worden als richtlijn. Het Indonesisch behoort tot de Austronesische taalfamilie en komt voort uit het Klassiek Maleis. Bij het vormen van een onafhankelijk Indonesië werd het Bahasa Indonesia als nationale taal uitgeroepen, maar in werkelijkheid is het een voortzetting van het geschreven Klassiek Maleis en het Standaard-Maleis [3,4]. Na de onafhankelijkheid (17 augustus 1945) is er veel werk verzet om Bahasa Indonesia te standaardiseren, in eerste instantie als nationaal communicatiemiddel tussen overheid en burgers, onder andere door het schrijven van een grammatica en een standaard woordenboek. Het huidige Indonesisch kent veel leenwoorden, voornamelijk uit het Indo-Europese Sanskriet (Hindoe-Boeddhisme), het Perzisch en Arabisch (islam), het Portugees en Nederlands (koloniale periode), en van de regionale variëteiten [3,4]. Tegenwoordig heeft vooral het Engels invloed op de Indonesische taal. Het Indonesisch is een dynamische taal die nog steeds in ontwikkeling is [2]. Het schrift Het Indonesisch heeft het Latijnse schrift (rumi). Het Arabische schrift (jawi) komt ook nog voor, maar is meer voorbehouden voor religieuze teksten [5]. Het alfabet heeft dezelfde letters als het Nederlandse alfabet, hoewel sommige letters alleen in algebra of leenwoorden voorkomen (x, q, v). Daarnaast zijn er vier fonemen die door een combinatie van twee letters geschreven worden, dit zijn /š/ = sy, /ñ/ = ny, /ŋ/ = ng en /x/ = kh. In 1972 is het spellingsysteem aangepast door Nederlandse conventies te vervangen met Maleisische conventies. Zo is bijvoorbeeld de ‘j’ vervangen door een ‘y’, ‘dj’ vervangen door ‘j’, en de ‘tj’ vervangen door ‘c’ [4]. Verder is de orthografie zeer transparant, er is bijna een één-op-één relatie tussen fonemen en grafemen en andersom [6]. |