IJslands Klanken Het IJslands kent acht vocalen: [äː]-[ɑ], [eɛ̯]-[ɛ], [i]-[ɪ], [oɔ̯]-[ɔ], [ʏ], [œ], [œy̯] en [u]. Deze kunnen zowel kort als lang worden uitgesproken. Open lettergrepen hebben een lange vocaal en gesloten lettergrepen een korte vocaal. De diftongen lijken in schrift op het Nederlands, maar worden anders uitgesproken. Het IJslands kent de diftong [œy] (ui) niet.
Alle plosieven worden stemloos uitgesproken. De plosieven worden het meest gedifferentieerd door de consonant met of zonder aspiratie uit te spreken. De plosieven hebben een andere klanktekenkoppeling in het IJslands vergeleken met het Nederlands.
Er zijn een aantal stemhebbende- en stemloze fricatieven in het IJslands. De meeste fricatieven zijn bekend in het Nederlandse klanksysteem. Verder de stemloze klank thorn [θ], de stemhebbende klank eth [ð] en de stemhebbende klank [ç].
In de meeste gevallen worden de nasalen [m] en [n] gebruikt die hetzelfde worden uitgesproken als in het Nederlands. De letter <m> kan in het IJslands op 2 verschillende manieren worden uitgesproken. De letter <n> kan op zes verschillende manieren worden uitgesproken.
Wat betreft de lateralen heeft de letter <l> in het IJslands twee uitspraken (stemhebbend en stemloos) wat onderscheidend is voor deze taal. Hetzelfde geldt voor de trilklanken. De alveolaire trilklank [r] wordt het meest gebruikt. Daarnaast kent het IJslands ook een stemloze variant.
Grammatica Het IJslands heeft een drievoudig grammaticaal geslachtsysteem: mannelijk, vrouwelijk en neutraal. Het IJslands kent vier naamvallen: nominatief, genitief, datief en accusatief. Er zijn twee waarden om het getal aan te geven: enkelvoud en meervoud. Het IJslands kent geen onbepaald lidwoord en het bepaald lidwoord wordt samengevoegd in het naamwoord middels een achtervoegsel en heeft zijn eigen inflectie dat afhankelijk is van geslacht, naamval en getal. De vervoeging van het bijvoeglijk naamwoord is afhankelijk van het geslacht, de naamval en het getal van het zelfstandig naamwoord in de zin. Zelfstandig naamwoorden krijgen een achtervoegsel dat afhankelijk is van het geslacht en het karakter (zwak of sterk) van het naamwoord. De voornaamwoorden veranderen tevens door geslacht, naamval en getal. Werkwoorden worden in het IJslands vervoegd aan de hand van het onderwerp. De taal kent de morfologische tijdsbepalingen: heden en verleden tijd. Er zijn sterke en zwakke werkwoorden. Het IJslands heeft een uitgebreid grammaticaal systeem met veel ingewikkelde verbuigingen. Meer informatie staat op de talenpagina van het IJslands, klik op het tabblad [morfologie]. De woordvolgorde in het IJslands is behoorlijk vrij. De meest gebruikte zinsopbouwin het IJslands is met een subject – verba – object (SVO) structuur. Uitzonderingen staan beschreven op de talenpagina van het IJslands, klik op het tabblad [syntaxis]. Omgangsvormen Er zijn helaas geen specifieke artikelen omtrent omgangsvormen in het IJslands gevonden. Taalverwerving door kinderen Kinderen uit IJsland hebben in vergelijking met Engelstalige kinderen een grotere woordenschat nodig om tot een goed grammaticaal systeem te kunnen komen. Dit komt waarschijnlijk door het complexe inflectionele systeem dat het IJslands kent. In vergelijking met Nederlandse kinderen starten kinderen in IJsland eerder met de ontwikkeling van het grammaticaal systeem. In de vroege ontwikkeling (1;6 – 2;0 jaar) kopiëren kinderen inflecties vanuit de omgeving en maken ze bijna geen fouten. Later gaan kinderen overgeneraliseren. Dit is ook van toepassing op werkwoorden. Kinderen gaan regels voor zwakke werkwoorden overgeneraliseren. Hoogfrequente werkwoorden en inflecties worden uiteindelijk eerder in de ontwikkeling correct vervoegd dan laagfrequente werkwoorden en inflecties. Rond vierjarige leeftijd is in de ontwikkeling een vertraging te zien als het gaat om het vervoegen van sterke werkwoorden. Bij een normale ontwikkeling is deze achterstand met zesjarige leeftijd weer ingehaald. Rond vijfjarige leeftijd (ontwikkeling start met 2;0 jaar) plaatsen de meeste kinderen verwijswoorden en persoonlijke voornaamwoorden correct in de zin. Verwijswoorden worden aan het eind van de zin geplaatst. Het complexe inflectionele systeem kan een probleem vormen voor kinderen die emigreren naar IJsland en het IJslands leren als tweede taal.
Taalstoornis of niet? Het IJslands verschilt op zodanige wijze van het Nederlands dat er problemen kunnen ontstaan op het gebied van fonologie, morfologie, syntaxis en semantiek.
Het IJslands kent de schwa [ә] en de diftong [ɶy] (ui) niet. De Nederlandse consonanten [b], [d], [g], [ʃ], [ʒ], [ʋ] en [z] bestaan in het IJslands niet. De [a] en [o] worden verschillend uitgesproken in de twee talen.
Het IJslands kent een complex inflectiesysteem. Verbuigingen zijn veelal afhankelijk van geslacht, naamval en getal. Verder kent het IJslands slechts twee tijdsaanduidingen: de tegenwoordige tijd en de verleden tijd.
De woordvolgorde in het IJslands is behoorlijk vrij. Een IJslands kind kan, vanuit Nederlands oogpunt gezien, zinsdelen op vreemde plekken in de zin plaatsten.
Het IJslands kent geen onbepaalde lidwoorden. Het bepaald lidwoord wordt samengevoegd in het naamwoord middels een achtervoegsel.
Kinderen die het IJslands leren als tweede taal laten een ander foutenpatroon zien dan de kinderen met een taalstoornis. IJslandse kinderen met een taalstoornis maken de meeste fouten in de inflectie van werkwoorden en naamwoorden. Het is bekend dat kinderen met een taalstoornis moeite hebben met het achtervoegsel dat afhankelijk is van het geslacht van het naamwoord en de samenvoeging met het naamwoord zelf. Voor meer uitgebreide informatie over het IJslands verwijzen we je graag naar de eigen pagina van deze taal. Deze pagina vind je onder "Overzicht talen".